"Gaaf natuurlijk", vertelt Van der Sar. "Ik was erbij toen de eerste paal werd geslagen. Uiteindelijk heb ik met Ajax drie jaar in de ArenA gespeeld en natuurlijk ben ik ook met het Nederlands elftal hier uitgekomen. Uiteindelijk ben ik teruggekomen bij Ajax als directeur, waarbij je kantoor dan in de ArenA is. Al met al heeft een groot deel van mijn carrière zich hier afgespeeld. Het voelt wel als thuis, ja."
Dat laatste is een proces van de wat langere adem geweest. "Ik moet zeggen: de eerste jaren was dat nog niet zo. Wat een voetballer in de eerste plaats nodig heeft, is een goed veld. Dat was vanaf het begin een probleem. Daarnaast was er veel meer afstand met het publiek. We waren de Meer gewend, wat heel erg compact was. De ArenA voelde in het begin erg groot: het was vooral grijs beton met verschillende kleurtjes stoelen die niet bij Ajax pasten."
'Blij met de veranderingen'
Geleidelijk veranderde de ArenA steeds meer in een Ajax-stadion. Dit tot tevredenheid van Van der Sar: "We zijn certificaathouder van de ArenA, voor ons was het allerbelangrijkste om te zorgen dat er een Ajax-saus in en rondom het stadion zou gaan hangen. Dat heeft echt wel eventjes geduurd, maar we zijn blij met de afgelopen jaren en de veranderingen daarin."
Van der Sar licht een aantal dingen uit. Bijvoorbeeld de transformatie om de gekleurde stoeltjes in het rood-wit te vervangen. Het grote project was bij de start van het seizoen 2018/2019 volledig afgerond.
"Dat is wel een heel nadrukkelijke wens van ons richting de ArenA geweest. En ook om de vier magische Ajax-letters, zoals we vroeger in De Meer hadden – weer terug te krijgen. Daarna zijn ook de Andreaskruisen er weer in gebracht. Uiteindelijk wordt het stadion ook gebruikt voor het Nederlands elftal en andere evenementen, maar in onze ogen is het een Ajax-stadion. Ik ben blij dat we die Ajax-uitstraling met elkaar – directie ArenA en Ajax – voor elkaar hebben gekregen."
Twee jaar (in 2016) eerder kreeg de stadionbeleving ook al een flinke boost: Vak410 en de F-side werden samengevoegd. Een beslissing die voor de sfeer tijdens thuiswedstrijden goed heeft uitgepakt. "Dat denk ik wel, absoluut", vertelt Van der Sar. "Het is iets wat bij de club hoort: achter de goal moet je jouw fanatieke fans hebben en niet links hoog in de nok. Dat laatste vind ik bij uitwedstrijden ook niet leuk."
Afscheidswedstrijd met stip op 1
Op de vraag wat hij persoonlijk het mooiste moment in 25 jaar ArenA vindt, hoeft Van der Sar niet lang na te denken. Hij verwijst naar 3 augustus 2011: die dag werd er een afscheidswedstrijd voor hem georganiseerd. "Het Ajax van 1995 speelde tegen het Oranje van het WK 1998. Aansluitend was er nog een wedstrijd van het toenmalige Ajax 1 tegen een soort van sterrenelftal, met ook wat jongens waarmee ik bij Manchester United lang heb gespeeld."
Het was een fraai en welverdiend slotstuk van de rijke voetbalcarrière van Van der Sar. "We hoopten op voorhand de eerste ring vol te krijgen, maar na ruim een week was het helemaal uitverkocht. Het was geweldig om in een vol stadion afscheid te mogen nemen, omringd door familie, vrienden, oud-teamgenoten, oud-trainers. Mick Hucknall van Simply Red kwam optreden. Dat vond ik wel echt een onwijs gaaf moment."
Terug op de Europese voetbalkaart
De afgelopen jaren zette Ajax zichzelf weer op de Europese voetbalkaart. Een reeks aan topaffiches werd gespeeld in de ArenA, duels die Van der Sar zelf uiteraard ook zeer intens beleefde. "De wedstrijden tegen Bayern, Lyon, Schalke, Real, Juventus en zelfs Tottenham", geeft Van der Sar een korte opsomming. "Denk aan de opkomst van jongens als Matthijs de Ligt, Donny van de Beek en Hakim Ziyech. Dat iedereen weer van Ajax is gaan houden. Het stadion schudde in die wedstrijden echt op zijn grondvesten, dat zijn wel de mooie dingen."
Een duel dat veel Ajacieden ook helder op het netvlies staat, is Ajax – PEC uit april 2016. Voor de wedstrijd werd op indrukwekkende wijze stilgestaan bij het overlijden van Johan Cruijff, de grootste Ajacied aller tijden. "Er zijn meer aspecten daaraan die zijn bijgebleven", vertelt Van der Sar.
"De afscheidswedstrijd tegen PEC was er één van. Ik heb een ingelijst shirt van die wedstrijd op mijn kantoor. Dat is het enige Ajax-shirt dat er hangt. Daarnaast speelde Barcelona dat weekend ook thuis. De legacy van Johan is enorm. Wat hij voor de club betekend heeft is immens." In april 2018 wordt bekend dat het stadion van Ajax ook de naam van ‘De Verlosser’ gaat dragen. Vanaf dat moment heet de thuishaven de Johan Cruijff ArenA.
Jeugdliefde U2, positief verrast door Sensation White
Van der Sar leerde de ArenA niet alleen in zijn werkende en voetballende leven kennen. In zijn vrije tijd vond hij er ook een aantal keer ontspanning bij muziekevenementen.
"Ik ben een keer bij U2 geweest, waar ik altijd groot fan van ben geweest. Vroeger, toen ik nog een krantenwijk liep, heb ik Rattle and Hum helemaal grijs gedraaid. Dat was één van hun eerste lp’s. Het was gaaf om bij hun concert aanwezig te zijn en ze na afloop backstage even te ontmoeten."
"Daarnaast ben ik ook bij Sensation White geweest", vervolgt Van der Sar. "Je vertrekt dan in een witte broek, een wit shirt en witte schoenen en eigenlijk denk je: wat doe ik hier? Totdat je opeens 50.000 man ook compleet in het wit ziet. Heel gaaf, ondanks dat de muziek op zo’n dancefeest niet helemaal mijn ding is."
En dan na een korte stilte, glimlachend tot besluit: "Maar uiteindelijk zijn de mooiste herinneringen die van het voetbal. Daar draait het in onze ogen in het stadion ook om."
