In een interview in het officiële jubileumboek Ajax 1900/2000 blikte Groot terug op zijn Ajax-tijd: "Het was mooi," gaf hij aan. "Ik heb met twee generaties gevoetbald. Eerst nog met de oude generatie met Wim Anderiesen jr., Ger van Mourik en Jan van Drecht. Daarna heb ik met de nieuwe lichting gespeeld: Johan Cruijff, Wim Suurbier, Barry Hulshoff. Ik ben misschien niet zo’n Ajacied als Sjakie Swart is, maar ze moeten niets over de club zeggen!"
Zaandijk
Henk Groot zag op 22 april 1938 het levenslicht in Zaandijk. De Zaankanter meldde zich niet lang daarna bij VV Zaandijk, de club die mede werd opgericht door zijn vader en waar zijn zes jaar oudere broer Cees ook voetbalde. Al op zestienjarige leeftijd had de jongste Groot een plek in het eerste elftal. Henk scoorde aan de lopende band. Dat talent bleef niet lang geheim voor de profclubs. Als nét 18-jarige maakte hij samen met broer Cees de transfer naar Stormvogels in IJmuiden.
Het duo viel op. Drie jaar later, in de voorbereiding van het seizoen 1959/1960, haalde Vic Buckingham de broers naar Ajax. De dan 21-jarige Henk maakte een verbluffend debuut in het rood en wit. In de met 3-0-gewonnen wedstrijd tegen NAC maakte hij alle goals.
Topschutter
Zeker in dat eerste seizoen stond er geen maat op Henk Groot. Met 38 goals kroonde de technisch vaardige binnenspeler zich tot topscorer van de Eredivisie. Broer Cees, die privé een zware tijd beleefde na de dood van zijn vrouw, maakte in dat seizoen maar liefst 29 goals. De gebroeders Groot waren samen goed voor meer dan de helft van het totaal aantal Ajax-doelpunten in 1959/1960.
Henk en Cees hadden daarmee een koninklijk aandeel in het binnenhalen van de tiende landstitel in de clubhistorie. Henk onderstreepte dat aandeel bovendien met zijn goal in de beslissingswedstrijd om de titel tegen Feyenoord.
Een seizoen later overtrof Henk zijn glorieuze debuutseizoen. Weer werd hij nationaal topscorer en dit keer met liefst 41 doelpunten. Dat aantal is nog altijd een clubrecord; nooit scoorde een Ajacied vaker in één Eredivisie-seizoen. Met zijn goals in de beker en Intertoto kwam Groot zelfs tot 64 doelpunten. Een fenomenaal aantal.
Finale Intertoto-beker
De finale om de Intertoto-beker in 1962 was ook al een onvervalst hoogtepunt in de Ajax-loopbaan van de gebroeders Groot. Dit keer hadden de beide broers een groot aandeel in de eerste Europese prijs die Ajax won. In het Olympisch Stadion scoorden Henk en Cees allebei twee keer. Ajax won de wat merkwaardig aandoende ‘Europese’ eindstrijd met 4-2.
In 1963 verruilde Groot Ajax voor aartsrivaal Feyenoord. "Ik wilde helemaal niet weg," zei hij in hetzelfde interview in het jubileumboek. "Anderhalf jaar eerder was er Italiaanse belangstelling maar Ajax liet mij niet gaan. Ik vond dat er wel wat tegenover moest staan, want ik kon in Italië 25 keer meer verdienen. Ajax was onvermurwbaar. Er kwam niets bij. Toen heb ik een gesprek aangevraagd met de voorzitter. (…) Je had als speler verder weinig invloed op je bestemming. Uiteindelijk verkocht Ajax mij aan de concurrent!"
Recordbedrag
De Rotterdammers betaalden dat jaar een recordbedrag van 250.000 gulden. Groot las dat recordnieuws tijdens zijn vakantie in de krant. De Zaankanter maakte in twee seizoenen 33 treffers voor de Rotterdammers. In de Maasstad had de aanvaller ook al een fors aandeel in de landstitel en bekerwinst.
In 1965 haalde de kersverse Ajax-voorzitter Jaap van Praag de topschutter terug naar De Meer. Het terughalen van Groot was een (keiharde) eis van de ook al nieuw aangetreden hoofdtrainer Rinus Michels. Ajax maakte 375.000 gulden over naar Rotterdam.
Kopsterke routinier
De kopsterke routinier droeg nog vier seizoenen het Ajax-shirt. Groot raakte in die periode zijn plek in de spits wel kwijt. Terwijl hij herstelde van een blessure greep het aanstormde talent Johan Cruijff zijn kans. Groot verhuisde naar het middenveld, waar hij zorgde voor de aanvoer richting aanvallers.
'Zonder overtredingen nodig te hebben was Henk Groot een meester in het afbreken van aanvallen. Tactisch inzicht had hij voldoende en bovendien was hij het toonbeeld van een teamspeler,' typeert het jubileumboek Ajax 1900/2000 de inbreng van Groot.
Ook in zijn tweede Amsterdamse periode was Groot succesvol. Met Groot opnieuw in de selectie besloot Ajax het seizoen 1965/1966 met een nieuwe landstitel. Ook in 1967 en 1968 was Ajax de beste club van Nederland. In 1968 stelde Groot de landstitel uit een penalty definitief veilig; naast het koppen waren penalty’s zijn specialiteit. Michels was de eerste Ajax-trainer die de club drie keer op rij kampioen maakte.
Legendarische mistwedstrijd
Groot speelde die periode in alle grote Europese wedstrijden mee. Van de legendarische mistwedstrijd tegen Liverpool waarin hij uit een vrije trap de 5-0 maakte tot en met het legendarische drieluik tegen Benfica.
In 1969 was Groot een basisspeler in de verloren Europa Cup-finale in Madrid. De Ajacieden van Michels werden in Madrid overklast door de geslepen sterrenploeg AC Milan. De eerste Europa Cup 1-finale van een Nederlandse club werd helaas een deceptie.
Doodschop
Een gruwelijke overtreding maakte op 7 september 1969 feitelijk een einde aan de fraaie voetbalcarrière van Groot. De Ajacied incasseerde in de WK-kwalificatiewedstrijd in en tegen Polen een doodschop op zijn knie. Groot scheurde in Chorzow zijn kniebanden en liep een versplinterde knieschijf op. Weken later werd duidelijk dat de carrière van Groot voorbij was.
Na zijn actieve loopbaan werd Groot teammanager bij Ajax. In het najaar van 1973 hield hij het in die rol voor gezien bij Ajax. Groot was later een actief lid van Lucky Ajax, het platform voor oud-spelers van Ajax 1. Ondanks zijn verslechterende gezondheid bezocht Groot zijn club in de afgelopen jaren af en toe nog.
De topschutter van weleer bleef altijd een trotse Ajacied. Hij overleed woensdag in een verzorgingshuis in Zaandam. Ter nagedachtenis aan Groot en de maandag overleden Jody Lukoki (29) dragen de Ajacieden woensdag tijdens het duel met sc Heerenveen een rouwband. Ook is er vooraf een minuut stilte.
Ajax wenst de nabestaanden van Groot veel sterkte met de verwerking van dit verlies.
