De reis van Brobbey in Ajax 1 begint op 31 oktober 2020. Na vrijwel alle jeugdelftallen van Ajax doorlopen te hebben wordt de achttienjarige aanvalsleider beloond voor zijn harde werk. In de thuiswedstrijd tegen Fortuna Sittard (5-2) komt hij in de 66e minuut binnen de lijnen voor Lassina Traoré.
Een langgekoesterde droom gaat in vervulling: spelen in de Johan Cruijff ArenA. Geheel volgens Ajax-traditie scoort de grote belofte bij zijn debuut. Hij heeft slechts acht minuten nodig om de 3-1 binnen te tikken.
Brobbey sluit zijn eerste seizoen in de Amsterdamse hoofdmacht af met negentien wedstrijden. Hij is als invaller meermaals het goudhaantje met belangrijke treffers, onder meer in de UEFA Europa League. Ondanks dat Ajax in de kwartfinale van het Europese toernooi wordt uitgeschakeld door AS Roma, valt er genoeg te vieren in Amsterdam. Ajax verovert de dubbel en dus kan Brobbey zijn eerste prijzen aan zijn palmares toevoegen.
'Tijd om naar huis te gaan'
Na 371 minuten in Ajax 1 verruilt Brobbey Amsterdam-Zuidoost voor Leipzig. Zijn periode in Duitsland blijkt echter van korte duur, want na een half jaar keert de centrumspits alweer op huurbasis terug in Amsterdam. Het beloven succesvolle maanden te worden, waarin Ajax de landstitel prolongeert. Na de winterstop maakt de spits in dertien duels genoeg indruk in het Ajax-shirt om in de zomer van 2022 definitief terug te keren bij Ajax. "Het was tijd om naar huis te gaan", aldus Brobbey na zijn contractondertekening.
In de seizoenen die volgen ontpopt de Ajax-spits zich uiteindelijk tot eerste spits. In de 99 wedstrijden en 4838 minuten die Brobbey in de Amsterdamse hoofdmacht speelt, krijgt de 21-jarige minuten van zes verschillende trainers: Alfred Schreuder (1176), Maurice Steijn (979), John Heitinga (935), Erik ten Hag (895), John van ’t Schip (688) en Hedwiges Maduro (165). Onder deze coaches was de geboren Amsterdammer goed voor 38 doelpunten en elf assists. Hij had gemiddeld ruim 127 minuten nodig om te scoren in het wit-rood-wit.
Ajax-treffers onder de loep
Brobbey maakte zijn 38 Ajax-treffers op diverse manieren. Zo liet hij de Amsterdamse aanhang 21 keer juichen na een doelpunt met zijn rechterbeen, elf keer met zijn linkerbeen en zes keer met zijn hoofd. Hij sloeg het vaakst toe in de slotfase van de eerste én tweede helft. De goalgetter produceerde maar liefst de helft van zijn treffers in het derde of zesde kwartier van de wedstrijd. In dit rijtje zie je precies in welk kwart van het duel Brobbey het meest tot scoren kwam:
Kwartier | Goals |
1-15 | 3 |
16-30 | 5 |
31-45 | 10 |
46-60 | 4 |
61-75 | 7 |
75-90 | 9 |
De spits is met enige regelmaat het eindstation van een aanval. Hij kreeg de laatste pass voor zijn treffer het meest van Dusan Tadic (8), gevolgd door Steven Berghuis (5) en Mohammed Kudus (3).
Ook in het huidige seizoen blijft de teller lopen met de wedstrijd tegen USV Hercules als prachtige mijlpaal: wedstrijd nummer honderd in het rood en wit. Daarmee volgt hij ploeggenoot Steven Berghuis op als meest recente lid van de 'Club van 100'.