Bogarde's voetballoopbaan begint in Rotterdam. Als kind wordt hij gescout door Sparta. Tot een doorbraak op Het Kasteel komt het dan (nog) niet. Bogarde gaat naar amateurclub Alexandria '66, maakt indruk en wordt opgepikt door eerstedivisionist SVV uit Schiedam, waar hij in seizoen 1988/1989 zijn debuut maakt in het profvoetbal.
Telefoontje uit Amsterdam
Via een half jaar Excelsior en nog eens anderhalf jaar SVV, tekent de dan twintigjarige voetballer in 1991 voor Sparta. Daar start hij in het tweede elftal. Een seizoen later wordt hij vaste basisspeler als aanvaller en kan hij in 1994 naar MSV Duisburg. De interesse is serieus, maar dan krijgt hij een belletje van Ajax-coach Louis van Gaal.
Die ziet in hem geen aanvaller, maar linksback en wil 'm graag halen. Hij gaat akkoord met de omscholing en tekent in Amsterdam. En dat blijkt, achteraf, absoluut de juiste keuze te zijn geweest. Hoewel Bogarde in z'n eerst seizoen nog veelal als invaller wordt gebruikt, is Ajax dat jaar gigantisch succesvol met het landskampioenschap en de winst in de Champions League. Bogarde is op dat moment volwaardig lid van het eerste elftal.
Vooral de foto's waarop de selectie met Bogarde feest aan het vieren is na het winnen van de Eredivisie, de Champions League en Europese Supercup zijn prachtig om te zien. Bogarde is in de Supercup tegen Real Zaragoza nog belangrijk als hij de openingstreffer maakt.
In het seizoen na de successen in Europa krijgt Bogarde een steeds belangrijkere rol bij Ajax. Zelfs nadat de Braziliaanse wereldkampioen Márcio Santos wordt gehaald, blijft hij de eerste keuze als linksback. Ajax wint in seizoen 1995/1996 opnieuw de Eredivisie en bereikt de finale van de Champions League. Daarin verliezen de Amsterdammers van Juventus.
Bogarde vertrekt bij Ajax
Ajax verhuist op dat moment van de Meer naar de Amsterdam ArenA, de tempel die inmiddels de naam van Johan Cruijff heeft meegekregen. De ploeg haalt nog de halve finale van de Champions League, maar verliest in een tweeluik van Juventus. Bogarde maakt het nog allemaal mee als hij in zomer van 1997 afscheid neemt en naar AC Milan vertrekt.
Bij het afscheid zelf regelt Ajax een open bus die door de grachten van de Amsterdam ArenA een rondje rijdt. Zo kunnen alle 49.000 supporters, die Ajax die middag met 4-0 hebben zien winnen van Vitesse, hun helden uitzwaaien. Onder andere coach Louis van Gaal en spelers Patrick Kluivert en Arnold Scholten nemen die middag ook afscheid van de club.
In de jaren daarna speelt de linksback van Surinaamse afkomst eerst voor AC Milan, daarna volgen twee seizoenen FC Barcelona als hij in 2000 tekent bij Chelsea. In vier seizoenen speelt hij slechts negen wedstrijden, maar dient hij zijn contract wel uit. In 2005 maakt Bogarde een einde aan zijn loopbaan als voetballer.
De trainer in Bogarde
Het blijft een tijdje stil rondom de vleugelverdediger, tot hij in 2010 begint met het behalen van zijn trainersdiploma in Ierland. Als hij in 2011 zijn papiertje op zak heeft, vraagt Ajax hem terug als jeugdtrainer. Bogarde werkt zich op en sluit in 2017 aan als assistent-trainer bij Jong Ajax onder Michael Reiziger.
In december van dat jaar zit hij samen met Reiziger en Aron Winter op de bank bij de hoofdmacht, als Ajax even zonder trainer zit. In de winterstop die volgt wordt Erik ten Hag aangetrokken.
Bogarde komt steeds hoger in de pikorde te staan en wordt door Ten Hag doorgeschoven naar het eerste elftal. Hij blijkt als assistent-coach een perfecte motivator voor de spelersgroep.